Vierdaagse Golfles – Zo maak je er een succes van

Een vierdaags golfkamp klinkt als een korte vakantie, maar met de juiste aanpak kan het je spel flink verbeteren. Je hebt vier dagen om te oefenen, te leren en nieuwe gewoontes te ontwikkelen. Het belangrijkste is een goede planning en realistische doelen. Hieronder lees je stap‑voor‑stap hoe je het meeste uit zo’n intensieve training haalt.

Dag 1: Basischeck en doelen stellen

Begin met een korte beoordeling van je huidige spel. Meet je gemiddelde slagen, kijk waar je fouten maakt en noteer wat je wilt verbeteren. Vraag een pro om een snelle swing‑analyse; vaak zie je direct wat er misgaat. Zodra je een beeld hebt, stel je concrete doelen voor de vier dagen, bijvoorbeeld ‘mijn drivernetwerk uitbreiden met 10 meter’ of ‘een consistente put van 2 m maken’.

Na de check start je met de fundamentele onderdelen: grip, houding en balpositie. Deze basics bepalen de rest van je swing, dus besteed hier voldoende tijd aan. Oefen elke oefening in korte bursts van 10‑15 minuten, zodat je niet vermoeid raakt.

Dag 2 en 3: Intensieve praktijk en feedback

De tweede en derde dag gaan over herhaling en bijsturen. Werk volgens een schema: driver‑sessie, ijzers‑sessie, korte spel en putten. Wissel af tussen de driving range en de korte baan om verschillende aspecten te trainen. Vraag elke 20‑30 minuten om feedback van een coach of een maatje; een frisse blik helpt je fouten sneller te zien.

Gebruik video’s om je swing te vergelijken met de ideale techniek. Een kleine aanpassing, zoals een iets bredere stand, kan een groot verschil maken. Houd een logboek bij: noteer wat je deed, hoe het voelde en wat de score was. Zo kun je patronen herkennen en gericht werken aan je zwakke punten.

Plan ook een uur voor mentale training. Sluit je ogen, visualiseer een perfecte swing en leer je ademhaling onder controle te houden. Golf is net zo mentaal als fysiek; een rustige geest zorgt voor een stabielere swing.

Dag 4: Wedstrijdsimulatie en evaluatie

De laatste dag is bedoeld om alles wat je geleerd hebt toe te passen in een reële spelsituatie. Speel een ronde van 9 holes of een korte wedstrijd met andere deelnemers. Probeer je dagen‑lange oefeningen in de praktijk te brengen: houd je grip, draai je heupen en blijf gefocust bij elke slag.

Na de ronde maak je een evaluatie. Vergelijk je logboek met de uiteindelijke score. Welke doelen heb je bereikt? Waar kun je nog extra aan werken? Schrijf een actieplan voor de komende weken: welke oefeningen blijven? Hoe vaak train je?

Een vierdaags kamp mag dan compact lijken, maar met een duidelijke structuur krijg je meer resultaat dan een losse training van een maand. De sleutel is consistentie: blijf de oefeningen doen die je op het kamp hebt geleerd, zelfs als je weer terug bent op de reguliere baan.

Dus, klaar om je vierdaagse golfles te plannen? Pak je clubs, stel je doelen en ga er vol voor. Binnen vier dagen zie je al verbetering en voel je je zelfverzekerder op de green. Veel succes en vooral: geniet van elke swing!